Inhoudsopgave

Een werkgever die een werknemer wenst te ontslaan vanwege bedrijfseconomische omstandigheden moet daarvoor, kort gezegd, aan drie voorwaarden voldoen:

1. De werkgever moet de bedrijfseconomische redenen kunnen onderbouwen en aannemelijk maken dat als gevolg daarvan de arbeidsplaats van de bewuste werknemer komt te vervallen;
2. De werkgever moet aannemelijk maken dat de werknemer op grond van het afspiegelingsbeginsel voor ontslag in aanmerking komt;
3. De werkgever moet aannemelijk maken dat de werknemer niet binnen een redelijke termijn kan worden herplaatst, al dan niet met behulp van scholing.

In de komende bijdragen geef ik een praktisch stappenplan voor het juist toepassen van de tweede voorwaarde: het afspiegelingsbeginsel. Met de Wet werk en zekerheid is er ten opzichte van het tot 1 juli 2015 geldende recht over het afspiegelingsbeginsel relatief weinig veranderd, met uitzondering van enkele wijzigingen. Die zal ik specifiek benoemen.

STAP #1 – STEL DE PEILDATUM VAST

Op de peildatum wordt in feite een foto gemaakt van het personeelsbestand van de werkgever. Op basis daarvan moet de werkgever het afspiegelingsbeginsel gaan toepassen en de werknemers indelen in leeftijdscategorieën (15 – 25, 25 – 35, 35 – 45, 45 – 55, 55 – AOW-gerechtigde leeftijd) en categorieën uitwisselbare functies. Gelet hierop kan het verschuiven van de peildatum tot gevolg hebben dat een afspiegelingsberekening anders uitvalt (een werknemer kan een maand later bijvoorbeeld in een andere leeftijdscategorie vallen), en dat andere werknemers voor ontslag moeten worden voorgedragen.

PEILDATUM = DATUM INDIENING ONTSLAGAANVRAAG

De peildatum is in beginsel gelijk aan de datum waarop de werkgever een ontslagvergunning aanvraagt voor een werknemer (art. 12 lid 1 Ontslagregeling). Aangezien een werkgever zelf beslist wanneer ontslagvergunningen worden aangevraagd, heeft een werkgever dus ook enige vrijheid in het vaststellen van de peildatum, en daarmee in het beïnvloeden van de uitkomst van de afspiegelingsberekeningen.

ALTERNATIEVE PEILDATUM

Een werkgever kan de peildatum onder omstandigheden ook op een eerdere datum stellen dan de datum waarop de ontslagaanvragen worden ingediend (art. 12 lid 2 Ontslagregeling). De peildatum mag echter niet liggen voor “het moment waarop aan de werknemers te kennen is gegeven dat arbeidsplaatsen zouden vervallen”. Een alternatieve peildatum kan bijvoorbeeld zijn de datum waarop de werknemer(s) boventallig wordt verklaard, waarna een herplaatsings- of mobiliteitstraject gaat lopen. Ook kan worden aangehaakt bij de datum waarop een werkgever een melding doet bij het UWV van een collectief ontslag (op grond van de Wet Melding Collectief Ontslag). Lastiger is het om aan te haken bij de datum waarop bijvoorbeeld een OR-adviesaanvraag wordt ingediend met betrekking tot een voorgenomen reorganisatie, zeker indien de OR tevens geheimhouding wordt opgelegd.

GRENZEN AAN VRIJHEID BEPALEN PEILDATUM

De vrijheid van een werkgever om zelf de peildatum te bepalen is niet onbeperkt. Volgens de Minister mag het stellen van de peildatum op een eerdere datum dan de datum indiening ontslagaanvraag namelijk niet strijdig zijn met de hoofdregel bij afspiegeling, inhoudende dat eerst afscheid wordt genomen van werknemers die de AOW-gerechtigde leeftijd al bereikt hebben (art. 11 lid 2 Ontslagregeling). Concreet gezegd, als een werknemer op de alternatieve peildatum nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt (en bij normale afspiegeling niet voor ontslag in aanmerking zou komen), maar op de “gewone” peildatum wel de AOW-gerechtigde leeftijd zal bereiken (in welk geval hij wel als eerste voor ontslag in aanmerking zou komen), dan moet toch worden uitgegaan van de laatstgenoemde peildatum.

CONCLUSIE

Al met al is het praktisch om bij een reorganisatie van te voren te bepalen welke datum als peildatum zal dienen. Niet alleen kan een werkgever daarmee in beperkte mate “sturen” in de uitkomst van een afspiegelingsberekening, ook voorkomt het verrassingen achteraf, bijvoorbeeld dat een andere werknemer plotseling voor ontslag moet worden voorgedragen dan in eerste instantie was gedacht.

In mijn volgende blog bespreek ik Stap #2 – Werk een overzicht uit van de op de peildatum binnen de onderneming werkzame personen. Het gaat hierbij niet alleen om werknemers in dienst van de werkgever, maar ook om ingeleend personeel en payrollwerknemers.

Deel dit artikel:

Advocaten van nu

Met een team van professionele advocaten helpen wij u graag met uitdagende zaken.

Neem contact met ons op voor een gesprek en ontdek wat wij voor u kunnen betekenen!

Brantjes Advocaten. Advocaten van nu