Inhoudsopgave

Om de aanpak van fraude bij faillissementen te verbeteren heeft de Tweede Kamer op 23 juni jl. ingestemd met twee wetsvoorstellen als onderdeel van het wetgevingsprogramma ‘Herijking Faillissementsrecht’. Het eerste voorstel voorziet in een civielrechtelijk bestuursverbod, en het tweede voorstel scherpt de strafbaarstelling aan.

1. BESTUURSVERBOD
Dit wetsvoorstel regelt dat een rechter een civielrechtelijk bestuursverbod van maximaal vijf jaar kan opleggen aan een malafide bestuurder. De betrokken bestuurder mag dan geen rechtspersoon meer besturen (of commissaris zijn). De betrokken bestuurder kan dus niet langer gebruik maken van de beperkte aansprakelijkheid die een rechtspersoon biedt. Met dit wetsvoorstel wil de Minister verhinderen dat bestuurders die zich bezig houden met faillissementsfraude hun activiteiten kunnen blijven voortzetten.

Naast de bestrijding van faillissementsfraude pakt het wetsvoorstel ook onregelmatigheden in en rondom een faillissement aan, zoals: faillissementsrecidive, tegenwerking van de curator en de benadeling van crediteuren voorafgaand aan een faillissement.

De handhaving van het verbod wordt geborgd doordat de bestuursverboden worden geregistreerd in een centraal register bij het Handelsregister (voor de duur van het verbod). Aan de notaris en de Kamer van Koophandel is vervolgens verboden om mee te werken aan de oprichting en inschrijving van een rechtspersoon waarin een bestuurder wordt benoemd die een bestuursverbod opgelegd heeft gekregen. Een benoeming tot bestuurder of commissaris in weerwil van een bestuursverbod is nietig.

2. STRAFBAARSTELLING
Dit wetsvoorstel betreft de verruiming van de strafrechtelijke mogelijkheden om effectiever op te treden tegen frauduleuze faillissementen. Fraudeurs ontspringen nu vaak de dans als de curator een lege boedel aantreft. Activa van de onderneming blijken al weggesluisd te zijn en er is opzettelijk geen administratie gevoerd. Dit maakt ‘terugrechercheren’ moeilijk.

Om faillissementsfraude beter te kunnen aanpakken komt er daarom onder andere een aparte strafbaarstelling van overtreding van de administratie, bewaar- en afgifteplicht bij faillissement. De strafbepalingen worden aangemerkt als misdrijf waarvoor een voorlopige hechtenis kan worden toegepast.

Naar verwachting treden de beide wetsvoorstellen in werking per 1 januari 2016.

Deel dit artikel:

Advocaten van nu

Met een team van professionele advocaten helpen wij u graag met uitdagende zaken.

Neem contact met ons op voor een gesprek en ontdek wat wij voor u kunnen betekenen!

Brantjes Advocaten. Advocaten van nu